Natuur, ondernemen en recreëren gaan goed samen. Met wat spelregels. OZHZ houdt daarop toezicht in de hele provincie en betrekt u daarbij.
De smient wordt ook wel 'fluiteend' genoemd. Wie wel eens smienten heeft gezien en gehoord weet onmiddellijk waarom. In Nederland is de smient hoofdzakelijk in de winter talrijk aanwezig. Ruim 40% van de Noordwest-Europese populatie overwintert in Nederland. Smienten zijn bijna helemaal vegetarisch, maar de vrouwtjes eten ook grote aantallen muggen. Die leveren meer en betere eiwitten dan planten, iets dat hen in het broedseizoen in goede conditie houdt. In Nederland broeden slechts enkele paartjes smienten.
De arctische en boreale zone vomen het verspreidingsgebied van de smient; het strekt zich uit van IJsland, via Schotland, naar Noorwegen, Finland en Rusland.
Beken en meren, graslanden, moeras, plassen, rivieren.
Smienten zijn vogels die houden van schone, zoete wateren met een rijke oever- en waterbegroeiing in arctische en boreale streken.
Leven buiten het broedseizoen in groepen.
Smienten trekken in zuidelijke en zuidwestelijke richting vanuit de arctische broedgebieden naar de overwinteringsgebieden.
Het overwinteringsgebied van de smient wordt gevormd door de landen aan de Noordzee, West- en Zuidwest-Europa (Frankrijk, het Iberisch Schiereiland, Denemarken en Zuid-Zweden).
De aantallen in Nederland zijn nauwelijks aan enige verandering onderhevig. De aantallen overwinterende vogels worden vooral bepaald door de omstandigheden in de broedgebieden, een lagere sterfte in de winter wordt mogelijk verklaard door een aanpassing in het eetgedrag. Smienten zijn van - steeds schaarser wordende - kweldervegetaties overgeschakeld naar voedselrijke weilanden.
Het aantal smienten dat in Nederland overwintert is in de periode 1967 - 1989 sterk toegenomen, in de 90'er jaren stabiliseerden de aantallen zich. Het aantal smienten dat in Nederland broedt zal zeker niet meer zijn dan 20 tot 30 paar.
Jaarvogel. Uiterst schaarse broedvogel; doortrekker en wintergast in zeer groot aantal.
Wigeon , Mareca penelope
Anseriformes
Eenden (Anatidae)
Mei - juni
7 - 8
1
Blauwgrijze eendensnavel.
Korte donkere poten met zwemvliezen.
Roomgele streep over de kop, contrasterend met de kanstanjebruine kop. In de vlucht valt bij het mannetje de grote witte vleugelvelden op.
Grassen, waterplanten, graan, zeegras.
© Copyright 2021 - Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid | Realisatie: Cosly.com