Natuur, ondernemen en recreëren gaan goed samen. Met wat spelregels. OZHZ houdt daarop toezicht in de hele provincie en betrekt u daarbij.
De wilde zwaan is een echte wintergast. De imposante witte vogels komen vanuit de broedgebieden in Fenno-Scandinavië en Rusland en overwinteren op Nederlandse weiden en op wateren in het duingebied. De Amsterdamse Waterleidingduinen zijn een gebied waar al sinds het bestaan van het gebied wilde zwanen overwinteren. De wilde zwaan lijkt op de kleine zwaan. De wilde heeft echter een grote, driehoekige gele plek op de snavel. Bovendien zijn de vogels veel groter dan de 'kleine' familieleden. In het Frans heet de wilde zwaan 'Cygne Chanteur', zingende zwaan. De trompetachtige nasale drietonen die wilde zwanen slaken zijn daar de reden voor.
De broedgebieden van de wilde zwaan liggen in Fenno-Scandinavië en het noorden van Rusland.
Graslanden, moeras, plassen, rivieren
Wilde zwanen broeden langs poelen op toendra’s, in veenmoerassen en bij kleine meren in afgelegen gebieden in Fenno-Scandinavië en het noorden van Rusland. In het najaar trekken wilde zwanen naar Nederland om te overwinteren op de weiden en in plassen in het duingebied.
Leeft in de wintermaanden in Nederland groepsgewijs.
Vanuit Scandinavië en Noord-Rusland via Denemarken en Noord-Duitsland
Nederland-Noord-Duitsland en Denemarken.
De toename van het aantal overwinterende wilde zwanen heeft waarschijnlijk te maken met een verbeterende bescherming en verbeterend voedselaanbod in het overwinteringsgebied.
De wilde zwanen die in Nederland overwinteren komen uit Fenno-Scandinavië en Noord-Rusland. Het aantal overwinterende wilde zwanen wordt sterk beïnvloed door het winterweer in de andere overwinteringsgebieden, zoals Denemarken en Noord-Duitsland. Nederland ligt namelijk aan de zuidwestgrens van het Europese winterareaal. Sinds 1970 is het aantal overwinteraars toegenomen. Deze toename houdt waarschijnlijk verband met de jaarlijkse toename van de broedvogelpopulatie in Noorwegen, Zweden en Finland.
Jaarvogel. Uiterst schaarse broedvogel. Doortrekker en wintergast in (vrij) klein aantal
Whooper Swan , Cygnus cygnus
Anseriformes
Eenden (Anatidae)
Mei - juni
3 - 5 eiren
1 legsel
Lang en wigvormig: de snavel is grotendeels geel met een zwarte punt. Het geel op de snavel loopt normaal uit in een punt (vgl. Kleine zwaan, die een ronde gele plek op de snavel heeft).
Donker met zwemvliezen.
Grote witte zwaan, met opvallende geel met zwarte snavel. Overwinteren in Nederland worden dikwijls in kleine groepen gezien.
Ze voeden zich hier met ondergedoken waterplanten, grassen en jonge gewassen
© Copyright 2021 - Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid | Realisatie: Cosly.com